Een #spirituele kijk op wetenschap en waarheid.
Gaat wetenschap eigenlijk wel (per sé) over waarheid? Of gaat het over conclusies trekken uit onderzoeksdata en die presenteren op een systemische wijze? Welke vervolgens als waarheid door andere wordt aangenomen en als zodanig wordt verdedigd?
Het idee achter wetenschap zou erop gericht moeten zijn om elkaar in deze resultaten uit te gaan dagen tot de tijd dat iemand het tegendeel bewijst. Tot dat moment staat ‘de waarheid’ dan ook overeind. Het is ook wat er bij debunken gebeurd. Iets wat gezegd, of beweerd wordt, maar het wordt ‘gedebunked’ met publicaties (uit het verleden). Men neemt de nieuwe informatie pas aan als het ook daadwerkelijk op eenzelfde wijze bewezen is en tot die tijd zijn de eerder bewezen conclusies ‘de waarheid’. Zelfs als je voor je eigen ogen ziet dat het anders is, is dat voor de wetenschap nog geen bewijs dat het daadwerkelijk zo is en verwijst men naar het ‘bewijs’ uit het verleden.
Toch gebeurd het aan de lopende band dat door nieuw onderzoek het oude achterhaald of niet juist blijkt en dat er vanaf dan een nieuwe waarheid is ontstaan. Het bijzondere hieraan is natuurlijk dat het eerdere resultaat vanaf zijn oorsprong al niet (geheel) waar was en niet pas vanaf het moment dat iemand het op bovenstaande wijze in data kan presenteren.
Maar waarom blijven we dan toch nogsteeds doorgaan met de resultaten als enige waarheid aannemen, als het hele systeem ‘wetenschap’ erop gericht is dat iemand later zijn zijn of haar best gaat doen om te bewijzen dat het toch niet (of niet geheel) klopt?
Alle kennis die je kunt verwerven is namelijk verleden tijd. Door deze kennis maar te blijven gebruiken, aanhalen, quoten, als bron vermelden en zo als het ware ‘meetillen’ naar het heden, blijven we feitelijk in het verleden hangen.
De eerder getrokken conclusies conditioneren ons en voorkomen dat we in alle vrijheid (zonder voorkennis, zonder oordeel) kunnen kijken en waarlijk onderzoeken, waarlijk observeren, waarlijk kunnen zien wat is.
Het is onze geest, onze gedachte die houvast wil hebben aan ‘de waarheid’, die de waarheid wil grijpen en begrijpen. Maar het is juist die geest die ‘de waarheid’ nooit zal kennen.
Wat gisteren waarheid was, is vandaag geen waarheid; wat vandaag de waarheid is, hoeft morgen niet meer de waarheid te zijn. De waarheid kent geen continuïteit. De waarheid is op ieder moment weer nieuw.
Waarheid kan niet verkregen worden door boeken te lezen of door toewijding, het is geen kwestie van kennis, het is niet iets om te onthouden, het is niet iets dat herhaald, gedrukt en verspreidt moet worden. Het kan alleen worden gekend als de geest waarlijk vrij en stil is. Wanneer de geest vrij is van al zijn projecties en conditioneringen, dan is er een staat van rust waarin problemen en de drang naar het vinden van antwoorden ophouden te bestaan.
Waarheid is dat wat is in zijn volledigheid, het is vormloos en naamloos, en daardoor zal de geest, ons denken, dit nooit (volledig) kunnen bereiken.